Achter het masker van onzekerheid
Verbergt zich brandend vuur
Achter een onderdanig lachje
Vreet de haat van uur tot uur
Na jaren van vernedering
Barst eindelijk de vulkaan
En spuwt een niet te stuiten lavastroom
De haat van haar vandaan
Ze had haar angst omhelsd
Als een rijke dwaas
Ze kust niet langer meer de hand
Van wie haar slaat
Uiteindelijk op eigen kracht
De schaamte overwonnen
Herrijst zij als een feniks uit haar as
Ze is voor zichzelf begonnen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten